Viool: verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 3: | Regel 3: | ||
Als je muziek noteert voor viool zijn er een paar dingen waar je rekening mee moet houden: | Als je muziek noteert voor viool zijn er een paar dingen waar je rekening mee moet houden: | ||
* strijkrichting van de strijkstok specificeer je met [[afstreek en opstreek|stokrichtingstekens]]; | |||
* strijkrichting van de strijkstok specificeer je met [[ | * afgezien van [[overbindingen]] zullen de meeste bogen [[bogen|streekbogen]] zijn waarmee de onder de boog staande noten op eenzelfde streek gespeeld moeten worden. | ||
* afgezien van [[overbindingen]] zullen de meeste bogen [[bogen| | * [[vingerzetting]] voor de linkerhand gebruikt cijfers 1 t/m 4 voor wijsvinger t/m pink en een 0 voor een open snaar. | ||
* [[ | * [[flageolet]]ten noteer je met ruitvormige nootkoppen. | ||
* [[flageolet | |||
* de laagst mogelijke noot is een G<sub>3</sub>, de hoogste noot zonder in positie te hoeven spelen is een A<sub>5</sub>. | * de laagst mogelijke noot is een G<sub>3</sub>, de hoogste noot zonder in positie te hoeven spelen is een A<sub>5</sub>. | ||
* snaren worden van hoog naar laag genummerd met Romeinse cijfers: I = E<sub>5</sub>, II = A<sub>4</sub> , '''III''' = D<sub>4</sub> , '''IV''' = A<sub>3</sub> | * snaren worden van hoog naar laag genummerd met Romeinse cijfers: I = E<sub>5</sub>, II = A<sub>4</sub> , '''III''' = D<sub>4</sub> , '''IV''' = A<sub>3</sub> |
Versie van 25 aug 2022 21:59
Muziek voor viool wordt klinkend genoteerd met de vioolsleutel.
Als je muziek noteert voor viool zijn er een paar dingen waar je rekening mee moet houden:
- strijkrichting van de strijkstok specificeer je met stokrichtingstekens;
- afgezien van overbindingen zullen de meeste bogen streekbogen zijn waarmee de onder de boog staande noten op eenzelfde streek gespeeld moeten worden.
- vingerzetting voor de linkerhand gebruikt cijfers 1 t/m 4 voor wijsvinger t/m pink en een 0 voor een open snaar.
- flageoletten noteer je met ruitvormige nootkoppen.
- de laagst mogelijke noot is een G3, de hoogste noot zonder in positie te hoeven spelen is een A5.
- snaren worden van hoog naar laag genummerd met Romeinse cijfers: I = E5, II = A4 , III = D4 , IV = A3
- gebruik pizzicato of pizz om aan te geven dat niet gestreken moet worden maar getokkeld. Met arco wordt pizzicato beëindigd.
- als met sordine (demper) gespeeld moet worden wordt con sordino of con sord. genoteerd, en met senza sord. weer normaal gespeeld.